Nieuws

Fruitbomen in bloei: mooie plaatjes en hoofdrol voor bijen bij bestuiving

article_published_on_label
27 april 2024

De fruitbomen in ons land staan volop in bloei en dat levert mooie plaatjes op. De bloesem is ook van cruciaal belang voor de ontwikkeling van fruit. Bevruchte bloemen groeien uit tot sappige appels, peren of kersen. En daarbij spelen bijen een hoofdrol. Maar liefst 80 tot 90% van de appels, peren en kersen is afhankelijk van natuurlijke bestuiving door bijen.

Bijenkasten in de boomgaard

Om de bestuiving te optimaliseren, plaatsen veel fruittelers in de bloesemtijd bijenkasten in de boomgaard. Dat leidt tot meer bevruchte bloemen en levert de imkers honing op.

Inheemse honingbij

Onze inheemse honingbij is de Westerse honingbij Apis mellifera. Deze soort komt behalve in Europa ook voor in het Midden-Oosten en Afrika. Sinds de 17e eeuw zijn deze bijen verspreid naar andere werelddelen. Daar worden ze ingezet voor de bestuiving van gewassen en de productie van honing.

Kruisbestuiving

Nederlandse perenbomen produceren jaarlijks zo’n 350 miljoen kilo peren. De Nederlandse productie van Conference peren alleen al is goed voor 20% van de totale EU-productie. Hoewel Conference bomen ook zonder bestuiving vruchten kunnen produceren, blijkt dat kruisbestuiving met andere rassen leidt tot een betere oogst.

Nectar en stuifmeel

Perenbloesems leveren honingbijen zowel nectar als stuifmeel. Hoewel de nectar in perenbloesems relatief laag is in suikerconcentratie in vergelijking met andere nectarbronnen, voorziet het stuifmeel de bijen van de nodige bouwstenen voor groei en ontwikkeling van hun bijenvolk. Ook andere bestuivers vliegen van bloem tot bloem, zoals deze zweefvlieg die erg op een honingbij lijkt (zie foto; vlieg op bloem en erachter een vliegende bij). Ook zweefvliegen helpen om het stuifmeel over te brengen van bloem tot bloem. Echter, de zweefvliegen eten geen stuifmeel, maar drinken enkel de nectar.

Meer bijenvolken in perenboomgaard

Om de bestuiving door honingbijen in perenboomgaarden te bevorderen, worden vaak twee keer zoveel bijenvolken geplaatst in vergelijking met andere fruitgewassen. De verhoogde concurrentie tussen bijen zorgt voor meer bloembezoek, wat resulteert in een betere bestuiving van de bloesems.

Bij voorkeur ‘naïeve’ bijen

Ook worden herhaaldelijk nieuwe volken met ‘naïeve’ bijen geplaatst. De onervaren bijen weten mogelijk niet dat er elders aantrekkelijkere bloesems te vinden zijn, waardoor continu nieuwe bijen naar de perenbloesems worden gelokt. Volgens aanbevelingen voor perenboomgaarden zouden er 2 tot 5 bijenvolken per hectare moeten worden geplaatst om een optimale bestuiving te garanderen.